Over drie weken is het herfst. Tot die tijd heb ik het niet koud, heb ik besloten. Daarom zit ik in een dik wollen vest voor het open raam te ontkennen dat ik kippenvel heb. De zomer was te kort.
Wat ik niet meer kan ontkennen, is dat de scholen weer begonnen zijn. Het is raar stil in huis.
De kleuter bouwt de kamer vol met treinspoor en knikkerbanen, en vraagt voor de 153e keer wanneer zijn broers nou eíndelijk thuiskomen. Ik schrijf een stukje tekst, maar net als hij kan ik ook mijn draai niet vinden. Al zie ik de oudste twee vooral nog beneden omdat de koelkast en de playstation daar staan, toch mis ik ze. Weer een nieuw schooljaar. Weer een klas hoger. Alle clichés zijn waar. Ze worden te snel groot.
‘Mama?’
‘Ja?’
‘Als ik straks net zo groot ben als papa, dan ben je nog steeds mijn allerallerliefste vriendje hoor!’

Dank de heer voor kleuters.
Superlief.
Met bijna 7 doen ze het ook nog. De mijne zei gisteren op de fiets: “Mam, nu de buren hun huis te koop gaan zetten… Dan kunnen jij en pap daar mooi gaan wonen als E. en ik in ons huis wonen. En als we dan kinderen hebben en die willen naar opa en oma zijn jullie vlakbij. Dat is gezellig!”
Mijn moederhart was blij :~)